Het grasveld aan de Casper Fagelstraat lag er wat vergeten bij. Dat kan anders, vond Thijs. Samen met zijn buren maakte hij een ontwerp en stuurde het naar de gemeente. Hij vertelt hoe zijn idee voor een buurtparkje werkelijkheid is geworden – én deelt tips om je eigen buurt te vergroenen.
Hoe kwam je op het idee voor een buurtparkje?
‘In onze straat lag een grasveld met wat dorre struiken. Toen dacht ik: zou het niet leuk zijn om dat om te toveren tot een ontmoetingsplek voor de buurt? Tijdens een buurtbijeenkomst sprak ik mijn buurvrouw die hetzelfde idee had. Ik ben meteen aan de slag gegaan met een ontwerp en heb dat naar de gemeente gestuurd.’
Heb je zelf een achtergrond in tuinontwerp?
‘Nee hoor, ik heb zelf Natuurkunde gestudeerd. Wel heb ik een kleine kwekerij gehad met zeldzame tropische planten, dus de liefde voor planten was er al. Het belangrijkste vond ik dat het parkje biodivers zou worden en dat alle planten inheems en biologisch zouden zijn. Geen bloembollen vol pesticiden, want daar gaan bijen en andere nuttige beestjes juist dood van. Samen met drie andere buurtgenoten heb ik het ontwerp verder uitgewerkt.’
Hoe reageerde de gemeente?
‘Eigenlijk heel positief! Omdat we zo duidelijk wisten wat we wilden, kwamen we uit op de optie van zelfbeheer. Daarbij mag je een stuk openbaar groen – in goed overleg met de gemeente – zelf inrichten en onderhouden. Het is dan wel belangrijk dat de rest van de buurt ook achter de plannen staat.’
Hoe hebben jullie dat aangepakt?
‘We hebben eerst een enquête gehouden in de buurt. Die leverde veel positieve reacties op. Al snel ontstond er een kerngroepje waarmee we het plan verder hebben uitgewerkt. Uit de enquête bleek ook dat veel buren meer contact met elkaar wilden. Daarom hebben we een grote boom in het ontwerp opgenomen met een bankje eromheen: dat wordt onze ontmoetingsplek.’
Kun je nog wat meer vertellen over het ontwerp?
‘Het plantsoen heeft de vorm van een driehoek en is behoorlijk groot. We hebben het daarom opgedeeld in drie delen waar het hele jaar door iets te zien is. Voor kinderen is er de ontdekkingstuin. Hier komen wat robuustere planten, zoals varens en heesters, stapstenen en boomstammen om overheen te springen. Daarnaast is er de sprookjestuin, die je het gevoel geeft alsof je een magisch bos binnenstapt. Er staan lieflijke plantjes met zachte kleuren en heerlijke geuren. Deze tuinen lopen over in de siertuin: een echte blikvanger met een explosie van kleuren. Alles wordt verbonden door de centrale boom met het bankje eromheen.
Grappig detail: de gemeente was zo enthousiast over het ontwerp, dat ze ons vroegen of we de stoep naast het plantsoen ook mee wilden nemen. Hier hebben we nog twee grote groenvakken gemaakt, waar we onder andere rozen hebben geplant. Een verwijzing naar de geschiedenis, want vroeger was hier een rozentuin voor de bovenwoningen in de straat.’
Hoe hebben jullie de financiering geregeld?
‘De gemeente heeft betaald voor de zaken die onder haar beheer vallen. Denk aan het grondwerk en de bankjes. Wat overbleef waren de kosten voor bijvoorbeeld de planten en bollen. 80 procent daarvan werd gedekt door een eenmalige subsidie van de gemeente. Voor de andere 20 procent hebben we subsidie gevraagd en gekregen van Fonds1818. En de grote boom in het midden is betaald met behulp van een anonieme donatie aan De Papaver.’
Hoe was het om dit met je buren te doen?
‘Ik vind het geweldig hoe de buurt steeds meer betrokken raakte en samen heeft gewerkt om dit voor elkaar te krijgen. De een ging aan de slag met fondsenwerving. De ander heeft de elektriciteitskastjes in het plantsoen beschilderd met kinderen uit de straat. Tijdens het plantweekend hielpen zo’n dertig vrijwilligers – jong en oud – mee om de 1300 planten en 4000 bollen te planten.’
En wat vind je van het resultaat?
‘Het was een lang traject van twee jaar. Daarom vind ik het extra bijzonder om te zien hoe alles zich heeft ontwikkeld. Het resultaat is een prachtig groen plantsoen waar iedereen trots op is. Buren blijven vaak even staan om het resultaat samen te bewonderen. We kunnen niet wachten tot alles in het voorjaar gaat bloeien! Voor volgend jaar hebben we al allerlei nieuwe ideeën, zoals een boekenbieb of tekenlessen in de tuin, waar kinderen bloemen leren natekenen. Er is dus nog genoeg te doen!’
Heb je een tip voor Delftenaren die hun buurt willen vergroenen?
‘Vooral doen! Je kunt klein beginnen, bijvoorbeeld met een geveltuintje of door een boomspiegel te adopteren. Ga in gesprek met je buren – misschien willen zij ook vergroenen, of hebben ze plannen waar jij bij kunt aansluiten. De gemeente denkt graag mee, vooral als je een goed plan hebt en er draagvlak is in de buurt.
Wat ik ook nog wil meegeven: probeer zoveel mogelijk biologisch geteelde planten te gebruiken. En zet hier en daar een inheemse plant neer. Zo zijn de planten niet alleen mooi om naar te kijken, maar hebben de beestjes er ook wat aan.’
Zelf aan de slag met het vergroenen van je buurt? Kijk op www.delft.nl/zelfbeheer wat de mogelijkheden zijn in Delft en hoe de gemeente je kan helpen. Of download de folder Samen vergroenen voor tips en inspiratie.
